J.R.R Tolkien (3/1/1892 – 2/9/1973)

Op 2 september 1973, precies 50 jaar geleden, overleed J.R.R Tolkien in Bournmouth (UK). Hij werd 81 jaar oud.

J.R.R. Tolkien was een Engelse filoloog, dichter en hoogleraar in de Engelse taal- en letterkunde. Hij werd vooral bekend als de schrijver van De Hobbit en In de Ban van de Ring.

J. R. R. Tolkien in de jaren 1920 (wikipedia)

John Ronald Reuel Tolkien werd op 3 januari 1892 geboren in Bloemfontein in de toenmalige Oranje Vrijstaat (wat nu de Zuid-Afrikaanse provincie Vrijstaat is). Hij was de zoon van Arthur Reuel Tolkien (1857-1896), een Engelse bankdirecteur en zijn vrouw Mabel Suffield (1870-1904).
Het paar was vanuit Engeland naar Zuid-Afrika getrokken toen Arthur werd bevorderd tot hoofd van een Britse bank in Bloemfontein.

Tolkien had een jongere broer, Hilary Arthur Reuel Tolkien, geboren op 17 februari 1894.

Op driejarige leeftijd ging Tolkien met zijn moeder en broer naar Engeland voor een familiebezoek. Zijn vader stierf echter in Zuid-Afrika voordat hij ook naar Engeland kon komen. Zijn moeder stond alleen in voor de opvoeding van haar zoons. Ze bekeerde zich in 1900 tot het Katholicisme en verloor daardoor de steun van haar familie. Ze overleed aan de gevolgen van diabetes toen Tolkien 11 jaar oud was en en liet haar zoons achter onder voogdijschap van priester Francis Xavier Morgan.

Tolkien ging naar de King Edward’s school in Birmingham en had daar met 3 vrienden een geheim groepje: T.C.B.S.. Nadat ze van school waren bleven ze vrienden.

Toen Tolkien 16 jaar was ontmoette hij Edith Mary Bratt. Van zijn pleegvader Morgan mocht hij haar niet zien want hij vond dat zij Tolkien van school afhield. In 1913, de dag dat hij 21 en meerderjarig werd, stuurde hij haar een brief waarin hij vroeg of ze met hem wou trouwen. Ze trouwden op 22 maart in 1916 en kregen 3 zonen en 1 dochter.

In juni 1916, na het behalen van in Oxford, wordt Tolkien naar het front in Frankrijk gestuurd waar hij in de bloederige slag om de Somme terecht komt. Op 8 november 1917 wordt hij met loopgravenkoorts terug naar Engeland gestuurd. Daar in het hospitaal in Staffordshire begon hij met schrijven van het eerste verhaal van wat hij later het Boek van de Verloren Verhalen noemde: de Val van Gondolin. Van zijn kameraden bij de T.C.B.S. zal er maar 1 de oorlog overleven.

Zijn eerste baan na de Eerste Wereldoorlog was bij de Oxford English Dictionary, waar hij voornamelijk werkte aan de geschiedenis en etymologie van woorden van Germaanse oorsprong, beginnend met de letter W. In 1920 aanvaardde hij een post aan de Universiteit van Leeds, waar hij het jongste lid van de wetenschappelijke staf daar werd. Samen met EV Gordon werkte hij aan A Middle English Vocabulary en een definitieve editie van Sir Gawain and the Green Knight; beide werden tientallen jaren lang academische standaardwerken. Hij vertaalde Sir Gawain, Pearl en Sir Orfeo.

In 1925 keerde hij terug naar Oxford als Rawlinson en Bosworth hoogleraar Angelsaksisch, met een fellowship aan Pembroke College. Tijdens zijn tijd op Pembroke College schreef Tolkien The Hobbit (gepubliceerd in 1937) en de eerste twee delen van The Lord of the Rings.

In de jaren twintig maakte Tolkien een vertaling van Beowulf, die hij in 1926 voltooide. (Het werd later bewerkt door zijn zoon Christopher en gepubliceerd in 2014). Tien jaar na deze vertaling gaf Tolkien een veelgeprezen lezing over dat werk onder de titel Beowulf: The Monsters and the Critics. Deze lezing had een blijvende invloed op het Beowulf-onderzoek. In het essay onthulde Tolkien ook hoe hoog hij Beowulf achtte: “Beowulf is een van mijn meest gewaardeerde bronnen”; deze invloed is overal in zijn Middle-earth legendarium te zien.

In 1945 verhuisde Tolkien naar Merton College, Oxford, waar hij Merton Professor of English Language and Literature werd, in welke functie hij bleef tot aan zijn pensionering in 1959.

Tolkien voltooide The Lord of the Rings in 1948, bijna tien jaar na de eerste schetsen. De verschillende delen werden in 1954 en 1955 gepubliceerd. Het werd een instant succes. In de jaren ’60 werd het omhelsd door de flowerpowerbeweging. Het boek verdween nooit helemaal uit de belangstelling en bleef ook later een vaste waarde. De verfilming door Peter Jackson in 2001 zorgde voor een hernieuwde belangstelling en populariteit bij het grote publiek.

Op het einde van zijn loopbaan ontving Tolkien verschillende eredoctoraten van buitenlandse universiteiten, zo ook op 2 oktober 1954 van de Universiteit in Luik.

Op 29 november 1971 stierf Tolkiens vrouw Edith op 83 jarige leeftijd. Op de grafsteen liet Tolkien onder de naam van Edith “Lúthien” schrijven. Twee jaar later stierf Tolkien op 2 september 1973. Onder zijn naam staat “Beren”.

Zijn jongste zoon Christopher Tolkien werd aangeduid als literaire testamentuitvoerder en zorgde voor de postume publicatie van The Silmarillion en tal van andere teksten teruggevonden in de archieven van zijn vader.

(Voor een volledige lijst van het gepubliceerde werk van J.R.R. Tolkien:
https://en.wikipedia.org/wiki/J._R._R._Tolkien_bibliography )

Namárië

Ter herdenking van de 50e verjaardag van het overlijden van professor J.R.R. Tolkien is er gedurende de maand september in Maastricht een tentoonstelling georganiseerd door Elanor, Unquendor en Die Deutsche Tolkien Gesellschaft (DTG). De opening van de tentoonstelling vond plaats op 2 september met een programma met verschillende lezingen en vertellingen.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *